1. Isoleer je woning: de basis voor een beter energielabel
De eerste en belangrijkste stap naar een hoger energielabel is isolatie. Een goed geïsoleerde woning verliest minder warmte, waardoor je minder hoeft te stoken. Begin bij de schil van je huis, dat zijn het dak en de (spouw)muren. Ongeïsoleerde daken en muren zijn namelijk grote energieslurpers. Wist je dat via een ongeïsoleerd dak wel 30% van de warmte kan ontsnappen? Met goede dakisolatie en muurisolatie bespaar je al snel honderden euro’s per jaar op je energierekening en maak je een flinke sprong omhoog in energielabel.
Laat het dak en de spouwmuren van je huis isoleren met geschikt materiaal (bijv. glaswol, EPS of PUR-schuim). Bij spouwmuurisolatie worden isolatiematerialen in de ruimte tussen de buiten- en binnenmuur aangebracht. Deze ingreep is relatief snel uitgevoerd (vaak binnen een dag) en verdient zich in enkele jaren terug door de lagere stookkosten. Dakisolatie is iets ingrijpender, maar levert ook veel op – het houdt in de winter de warmte binnen én voorkomt in de zomer dat de zolder ondraaglijk heet wordt. Beide vormen van isolatie verhogen je wooncomfort direct en kunnen je energielabel met wel 1 tot 2 labelstappen verbeteren. Vergeet ook niet eventuele kierdichting: dicht naden en kieren om tocht te voorkomen, zodat je geïsoleerde woning echt potdicht is.
2. Vervang enkel glas door HR++ of triple glas
Heb je nog enkel glas of verouderd dubbel glas in huis? Dan is het vervangen van je beglazing een uitstekende manier om je energielabel te verbeteren. Oude ramen laten veel warmte ontsnappen. Moderne HR++-beglazing (hoogrendementsglas) en triple glas isoleren aanzienlijk beter. Zo blijft in de winter de kou buiten en de warmte binnen. Dit scheelt niet alleen in stookkosten, maar verhoogt ook je comfort (geen tocht bij de ramen en minder condens).
Overweeg bij het glas vervangen ook je kozijnen na te lopen. Als de kozijnen slecht sluiten of enkel glas bevatten, kun je bij vervanging meteen kiezen voor isolerende kozijnen met een goede kierdichting. HR++ glas in combinatie met goed isolerende kozijnen voorkomt warmteverlies via de ramen en draagt direct bij aan een beter energielabel. Hoewel de investering in nieuw glas en kozijnen groot kan zijn, is het resultaat merkbaar: een warmer huis, lagere energierekening en weer een stap hoger richting label A. Bovendien hoor je met dubbel of triple glas ook minder geluid van buiten, wat het wooncomfort verder verhoogt.
3. Installeer zonnepanelen voor duurzame stroom
Zonnepanelen op het dak wekken duurzame energie op en hebben een positief effect op je energielabel. Omdat je eigen groene stroom produceert, daalt het berekende energieverbruik van je woning. Hoe meer zonnepanelen je installeert (binnen de ruimte van je dak), hoe groter de impact op je label. Een set van bijvoorbeeld 10 tot 15 panelen kan het verschil maken tussen een middelmatig label en een topklasse label, zeker bij een kleinere of gemiddelde woning.
Controleer eerst of je dak geschikt is voor zonnepanelen (oriëntatie op het zuiden of westen, weinig schaduw). Laat vervolgens een erkende installateur de panelen plaatsen. Dankzij de salderingsregeling en de dalende prijzen van panelen is de terugverdientijd vaak rond de 6 à 7 jaar, waarna je praktisch gratis stroom hebt. Zonnepanelen verlagen niet alleen je energierekening, maar verhogen ook de woningwaarde, huizen met zonnepanelen zijn populair bij kopers. En niet onbelangrijk: je CO₂-uitstoot gaat flink omlaag. Een win-win voor je energielabel én het milieu.
4. Isoleer de vloer en installeer vloerverwarming
Een koude vloer voelt niet prettig aan en zorgt voor onnodig warmteverlies richting de kruipruimte of grond. Vloerisolatie kan dit probleem oplossen en het energielabel verbeteren. Door je vloer te (laten) isoleren blijft de warmte beter binnen, wat scheelt in gasverbruik. Gemiddeld kun je met goede vloerisolatie enkele honderden kubieke meters gas per jaar besparen, afhankelijk van het type woning – een flinke besparing die zich ook vertaalt naar een hoger energielabel.
Nog beter is het om vloerisolatie te combineren met vloerverwarming. Vloerverwarming werkt op een lagere watertemperatuur dan traditionele radiatoren en is daardoor energiezuiniger in gebruik. In een goed geïsoleerde vloer kan vloerverwarming de warmte gelijkmatig afgeven, wat zorgt voor een constant comfortabel binnenklimaat. Doordat de ketel of warmtepomp op lagere temperatuur kan draaien, verbruikt hij minder energie voor dezelfde warmte. Dit verhoogt de efficiëntie van je verwarmingssysteem en daarmee de energieprestatie van je woning.
Tip: Vloerisolatie kan vaak via de kruipruimte worden aangebracht met isolatiemateriaal tegen de onderkant van de vloer. Heb je geen hoge kruipruimte, dan zijn er ook oplossingen zoals isolatiechips of PUR-schuim die ingeblazen worden. Na isolatie voelt de vloer warmer aan en zul je merken dat de thermostaat een graadje lager kan zonder comfortverlies. Vloerverwarming is ideaal bij renovatie of als je toch de vloer vervangt; het geeft niet alleen warme voeten maar ook een moderne luxe uitstraling aan je woning.
5. Kies voor een energiezuinige verwarming (HR-ketel of hybride warmtepomp)
Het verwarmingssysteem speelt een grote rol in het energielabel van je woning. Een oude CV-ketel met laag rendement drukt je label naar beneden. Door te kiezen voor een energiezuinige verwarmingsinstallatie kun je veel verbetering behalen. Heb je nog een verouderde VR-ketel (verbeterd rendement) of zelfs een ouderwetse ketel? Overweeg dan vervanging door een moderne HR-combiketel (hoogrendementsketel) of, nog duurzamer, een hybride warmtepomp.
Een HR-ketel zet gas veel efficiënter om in warmte dan oudere ketels, dankzij condensatietechnologie. Dit betekent minder gasverbruik voor dezelfde warmte. Vervang je een ketel van 15-20 jaar oud door een nieuwe HR-ketel, dan kun je tot honderden euro’s per jaar besparen en zal je energielabel verbeteren (bijvoorbeeld van een E/F-label naar C of zelfs B, afhankelijk van de situatie). Het is een relatief betaalbare stap die zichzelf binnen enkele jaren terugbetaalt.
Een hybride warmtepomp gaat een stap verder: dit is een combinatie van een kleine warmtepomp met je cv-ketel. De warmtepomp (op elektriciteit) neemt het grootste deel van de verwarmingswerkzaamheden voor zijn rekening en de gasketel springt alleen bij op de koudste dagen of voor het snelle opwarmen van tapwater. Hierdoor daalt je gasverbruik drastisch, vaak met 50-70%. Je energielabel krijgt hier een flinke boost van, want een hybride systeem wordt door de labelmethodiek als veel duurzamer gezien dan alleen een ketel. Bovendien bereidt een hybride warmtepomp je woning alvast voor op een gasloze toekomst. Let er wel op dat je huis redelijk geïsoleerd moet zijn (zie tip 1) voor je deze stap zet, anders moet de ketel alsnog te vaak bijspringen.
Heb je een beperkt budget of is je woning nog matig geïsoleerd, dan is een nieuwe HR-ketel een goede eerste verbetering. Isolatie op orde en wil je gas besparen? Ga dan voor een (hybride) warmtepomp. Beide opties leveren een zuiniger verwarmingssysteem op en helpen je energielabel vooruit.
6. Stap over op een volledig elektrische warmtepomp
Wil je een écht grote sprong richting label A maken en ben je klaar om (vrijwel) helemaal van het gas af te gaan? Overweeg dan een volledig elektrische warmtepomp. In tegenstelling tot de hybride variant (tip 5) heeft een full-electric warmtepomp geen gasgestookte ketel meer nodig. Hij haalt warmte uit de buitenlucht, de bodem of het grondwater en kan daarmee je hele huis verwarmen én voor warm tapwater zorgen. Dit is een van de meest effectieve manieren om je energielabel te verbeteren naar de hoogste klasse, zeker in combinatie met goede isolatie en vloerverwarming.
Een volledig elektrische warmtepomp (bijvoorbeeld een lucht-water warmtepomp) kan je gasverbruik tot nul reduceren, aangezien je alleen nog stroom verbruikt voor verwarming. In de energielabelberekening telt dit zwaar mee: elektriciteitstoestellen hebben een veel lager primair energieverbruik toegerekend gekregen dan gasketers. Hierdoor zal een woning met een all-electric warmtepomp bijna altijd een A-label of beter scoren, mits de rest van de woning ook voldoende is verduurzaamd.
Houd er rekening mee dat de investering hoger is dan bij een hybride systeem en dat je mogelijk ook je radiatoren moet vervangen (lage temperatuursysteem) en een buffervat voor warm water nodig hebt. Ook is het raadzaam om voldoende zonnepanelen te hebben (tip 3) om de extra stroomvraag te compenseren. In ruil daarvoor geniet je van een zeer energiezuinig huis zonder gasaansluiting. Je wooncomfort gaat erop vooruit (de warmtepomp houdt de temperatuur constant) en je bent klaar voor de toekomst waarin aardgas stap voor stap wordt uitgefaseerd. Met een warmtepomp ben je bovendien niet meer afhankelijk van gasprijzen, wat financiële rust kan geven.
7. Plaats een zonneboiler voor duurzaam warm water
Naast ruimteverwarming kun je ook je tapwater duurzamer verwarmen. Een zonneboiler is een systeem op het dak dat via zonnecollectoren het water opwarmt voor gebruik in douche en keuken. In feite benut je hiermee de gratis warmte van de zon voor je boiler. Een zonneboiler kan een flinke hoeveelheid gas uitsparen, met name in de lente en zomer wanneer de zonkracht hoog is. Dit heeft een gunstig effect op je energielabel: de behoefte aan fossiele energie voor warm water daalt immers sterk.
Een standaard zonneboiler bestaat uit collectoren (platte panelen of vacuümbuizen) op het dak en een goed geïsoleerd opslagvat (boiler) binnen. Over het jaar gezien kan een zonneboiler tot wel 50-60% van je warme water leveren via de zon, wat overeenkomt met vele honderden kubieke meter gas besparing bij een gezin. In de energielabelberekening wordt een zonneboiler gewaardeerd als duurzame installatie, waardoor je label verbetert. Combineer je een zonneboiler met een HR-ketel of warmtepomp, dan hoeft die installatie in de zomer bijna niet meer aan te slaan voor warm water.
Let op dat voor een zonneboiler voldoende dakoppervlak nodig is (het liefst op het zuiden gericht) en er een plek voor het boilervat in huis moet zijn. Er zijn soms subsidies beschikbaar die de investering aantrekkelijker maken. Met een zonneboiler geniet je van lagere energiekosten en een lagere CO₂-uitstoot, en je laat zien dat je woning klaar is voor een duurzame toekomst, iets wat meeweegt in een beter energielabel.
8. Verbeter de ventilatie (met warmteterugwinning)
Een goed geïsoleerde, kierdichte woning vraagt om doordachte ventilatie. Voldoende frisse lucht is belangrijk voor een gezond binnenklimaat, maar traditionele ventilatie (zoals enkel ramen openzetten) kan veel warmte verliezen en zo je energieprestatie verslechteren. De oplossing is slim ventileren: zorg voor een modern ventilatiesysteem dat zuinig omgaat met warmte.
Een stap verder is een mechanisch ventilatiesysteem met warmteterugwinning (WTW). Dit systeem voert gebruikte lucht af en brengt verse lucht naar binnen, terwijl een warmtewisselaar de warmte uit de afgevoerde lucht overdraagt aan de binnenkomende lucht. Zo ventileer je constant zonder grote warmteverliezen – tot wel 90% van de warmte wordt teruggewonnen. Dit betekent dat je huis fris blijft én dat je verwarmingsinstallatie veel minder hard hoeft te werken om de aangevoerde lucht op te warmen. In de praktijk leidt een WTW-installatie tot een lager energieverbruik en een beter energielabel. Vooral nieuwere huizen en renovaties maken hier gebruik van, maar ook in bestaande bouw kan zo’n systeem vaak worden ingebouwd.
Heb je geen geavanceerd ventilatiesysteem? Dan kun je toch ventilatieverliezen beperken met eenvoudige maatregelen. Gebruik klepraampjes of roosters en ventileer kort maar krachtig in plaats van urenlang een raam op een kier te laten staan. Zet bijvoorbeeld ’s ochtends even alle ramen tegen elkaar open voor een snelle luchtdoorstroming en sluit ze weer na een paar minuten. Zo blijft de warmte grotendeels binnen. Ook bestaan er CO₂-gestuurde ventilatiesystemen die alleen ventileren wanneer het nodig is, waardoor je niet onnodig warmte verliest. Kortom, let op ventilatie in je verduurzamingsplannen, een gezond én energiezuinig huis vraagt om een balans tussen isoleren en ventileren.
9. Gebruik zonwering om oververhitting te voorkomen
Niet alle energiebesparende maatregelen zitten aan de winterkant van het verhaal. In de zomer kan je woning onnodig veel warmte opnemen, zeker nadat je grondig hebt geïsoleerd. Zonwering helpt om oververhitting te voorkomen, wat indirect ook je energieverbruik drukt. Waarom? Als je huis in de zomer koel blijft, hoef je minder snel een airconditioner of ventilator te gebruiken (of aan te schaffen). Bovendien zorgt het ervoor dat je woning ’s nachts makkelijker afkoelt, waardoor er ’s ochtends minder hitte in de massa van het huis zit. Dit draagt bij aan een stabiel binnenklimaat en een lagere koelbehoefte. Mocht je in de toekomst airco willen (steeds meer mensen overwegen dit door hete zomers), dan is een goede zonwering nu alvast een investering die je stroomverbruik straks beperkt houdt.
Denk aan buitenzonwering zoals rolluiken, screens of zonneschermen die de zonnestraling blokkeren voordat deze het glas bereikt. Buitenzonwering is effectief omdat het warmte buiten houdt. Heb je dit niet, dan kunnen dikke gordijnen of indoor zonwering in zekere mate ook helpen, al houden die de warmte pas tegen ná het glas. Voor slaapkamers zijn rolluiken een geliefde optie: ze houden zowel licht als warmte buiten, waardoor het ’s zomers koeler blijft en je niet met een ventilator hoeft te slapen.
Hoewel zonwering op zichzelf je energielabel niet direct met punten omhoog stuwt (tenzij je airco’s meegeteld worden in de berekening), draagt het wél bij aan het totale energieplaatje van je woning. Een huis dat in de zomer koel blijft, is prettiger en heeft minder elektrische koeling nodig. Combineer zonwering met goede isolatie en ventilatie (tip 8) voor een all-round energiezuinig en comfortabel huis, winter én zomer.
10. Laat een maatwerk verbeteradvies opstellen
Weet je niet waar je moet beginnen, of welke investering in jouw geval het meest oplevert? Schakel een expert in voor een maatwerk verbeteradvies. Een gecertificeerde energieadviseur kan jouw woning grondig onder de loep nemen en een rapport opstellen met concrete verbetermaatregelen om je energielabel te verhogen. Zo’n maatwerkadvies geeft inzicht in welke stappen voor jouw huis het meest effectief zijn, wat ze kosten en wat ze opleveren aan besparing en labelverbetering. Dit voorkomt dat je wellicht geld uitgeeft aan dingen die weinig effect hebben, de adviseur helpt je strategisch te verduurzamen.
Via energie-labels.nl kun je eenvoudig een professioneel verbeteradvies aanvragen. Onze ervaren adviseurs bekijken bijvoorbeeld de isolatiewaarden van je dak, muren en ramen, checken de installaties (verwarming, ventilatie, etc.) en berekenen welke labelstap je kunt maken met bepaalde maatregelen. Je krijgt een overzichtelijk rapport met aanbevelingen, afgestemd op jouw woning en budget. Met zo’n advies op maat weet je precies waar je je euro’s het best in kunt steken voor maximaal resultaat. Bovendien is een officieel maatwerkadvies vaak nodig als je gebruik wilt maken van subsidies of leningen voor verduurzaming, dubbel zo handig dus.
Kortom, een deskundig verbeteradvies is de kers op de taart van jouw verduurzamingsplannen. Het geeft je een heldere routekaart naar een beter energielabel. Benieuwd hoe jouw huis ervoor staat en welke stappen je het beste kunt nemen? Laat een verbeteradvies opstellen en ga doelgericht aan de slag.
Een nieuw energielabel aanvragen
Heb je je woning verduurzaamd en wil je weten hoeveel je energielabel is verbeterd? Dan is het tijd om een nieuw energielabel aan te vragen. Dit doe je eenvoudig via een erkend energieadviseur. De adviseur komt langs, inspecteert de verbeteringen en stelt een nieuw label vast. Dit nieuwe energielabel is 10 jaar geldig en kan de waarde van je woning verhogen bij verkoop of verhuur. Door op tijd een nieuw energielabel aan te vragen, zorg je ervoor dat alle duurzame maatregelen goed worden vastgelegd en je kunt profiteren van alle voordelen die een beter label biedt.




